Medewerker uitdienst

Administratief digitaal vertrek realiseren.

Introductie

 

Met deze muterende workflow ben je als medewerker in staat om je eigen uitdiensttreding op te starten. Uiteraard kan je manager jou ook uit dienst melden. Naast de datum uit dienst kun je nog een aantal andere zaken laten vastleggen: op wiens initiatief het ontslag plaatsvindt en de reden van vertrek. Dit levert een schat aan informatie op waar je als bedrijf je beleid op kunt aanpassen of bijsturen. 


Let op:

Het veld E-mail privé vul je in bij de uitdiensttredende medewerker, zodat de digitale communicatie met de “oud”-medewerker blijft bestaan. 

Voordelen:

  • Medewerker verantwoordelijk voor administratieve afhandeling van vertrek.
  • Je kunt geen stappen vergeten.
  • Digitale vastlegging.

 

Uit dienst melden

 

Voorbereiding


  • Zorg dat de medewerker toegang heeft tot InSite, zodat deze zelf de acties in gang kan zetten.
  • Bepaal vooraf of de vrije tabel met reden van ontslag juist is of aangepast moet worden.
  • Maak een keuze of de medewerker (ESS) of de manager (MSS) dit proces mag starten.

Tip van de consultant


Wil je dit niet bij de medewerker leggen maar bij de manager, dan kan dan ook. De start van de workflow maakt ook onderdeel uit van de HRM-portaal.

 

Wat richt je in.

1. Vrije tabel


 

De tabel Uit dienst (reden) heeft standaard elf opties. Het kan zo zijn dat dit niet toereikend is. Pas dan de tabel aan.

De tabel Uit dienst (initiatief) heeft standaard de optie voor medewerker en werkgever. Pas de tabel aan als daar behoefte aan is.

2. Signaal


 

Er zijn diverse signalen die worden gebruikt nadat de medewerker uit dienst gaat. Het betreft signalen die toekomstige fouten gaan voorkomen. Denk daarbij aan een medewerker die nog als verantwoordelijke gekoppeld of nog niet geblokkeerd is, zodat de toegang tot InSite of Profit blijft bestaan.

3. Profiel


(optioneel)

Het type profiel is bepalend voor de aanvullende inrichting van het profiel.

Welke workflow, beoordelingsprofiel, proefberekening of welke aanvullende gegevens je nog meer wilt muteren.

Binnen een profiel leg je de voorkeurwaarde van de velden vast, zodat de invoer vereenvoudigd wordt.

Daarnaast geeft het profiel de mogelijkheid om velden Niet zichtbaar op te nemen, zodat voor de vastlegging alleen de benodigde velden ingevoerd moeten worden.

Lees hier meer.

4. Workflow


(optioneel)

De standaard meegeleverde workflow gaat van de instuurder naar de personeelsadministratie. Deze kan goedkeuren of afkeuren. Als het proces in je organisatie anders loopt, dan kun je de workflow aanpassen.

Lees hier meer.

5. Standaard inrichting


(checklist)

Controleer de standaard meegeleverde basisinrichting aan de hand van onderstaande rubrieken.

  • Autorisatie gecontroleerd
  • Rapportlay-out volledig
  • Berichtsjabloon in orde
  • Dashboard actief
  • Workflow gecontroleerd
  • Signalen gedeblokkeerd
  • Proces in testomgeving doorlopen

Dit vind je nu al standaard in Profit


We helpen je graag op weg met de standaarden die wij alvast voor je gemaakt hebben. Zo kan je sneller aan de slag. De standaarden zijn voor alle klanten beschikbaar.

Ga je nu starten met een nieuwe omgeving?


Als je vandaag gaat starten met een nieuwe omgeving die door ons wordt aangemaakt dan werk je met een template omgeving. Dit is een omgeving die naast de Profit-inrichting specifieke brancheonderdelen mee heeft gekregen. In deze omgeving hebben we bovenop de standaard Profit-onderdelen alvast inrichting voor je gedaan. Bijvoorbeeld aanvullende type dossier/workflows, declaratieprofielen, signalen, InSite-inrichting, autorisatie en weergaven.

Wat


 

Type


 

Beschrijving


 

Uitdienst

Dossier/workflow

Om medewerker administratief uit dienst te melden en te zorgen voor privé e-mailadres.

 

Beschikbare cursussen


Wil je een cursus volgen over een onderwerp van dit thema?